Bij argumentaties rondom het begrip geloven draait het uiteindelijk om de vraag: bestaat God of bestaat Hij niet? Immers, beantwoord deze vraag en geloven wordt vervangen door zekerheid. Laten we voor het gemak bovenstaande varianten daarom reduceren tot ‘geloven in God’.
‘Hij gelooft in God’ heeft als essentie geloven in God en ‘Ik geloof niet in God’ heeft als essentie niet-geloven in God. (Waarbij geloven en niet-geloven twee complementaire begrippen zijn die samen de gehele verzameling meningen over dit onderwerp bevatten.)
Als de stelling juist is dat atheïst en aanbidder ondanks hun verschillende inzichten beiden (iets) ‘geloven’ in de zin dat ze ‘er een mening op nahouden’, dan moet gelden dat geloven in God gelijk is aan niet-geloven in God (God is hier de onveranderlijke). En dat kan alleen als geloven hetzelfde is als niet-geloven. Maar hiermee verliest geloven iedere betekenis omdat nu aan één begrip twee elkaar uitsluitende betekenissen worden toegekend.
De enige manier om deze bewering staande te houden is door geloven en niet-geloven betrekking te laten hebben op ‘de lege verzameling’. Door met nul te vermenigvuldigen. Alleen indien God volkomen leeg is (null), kun je stellen dat de beweringen geloven in God en niet-geloven in God op hetzelfde neer komen. Ergo: God bestaat niet in deze wereld.
Dus, als je van een atheïst een gelovige wilt maken dan kan dat alleen als God niet bestaat. Klopt als een bus, quod erat demonstrandum.
De quintessens van bovenstaande redenering is natuurlijk dat de gemiddelde atheïst niet in de evolutietheorie ‘gelooft’, maar stelt dat deze gegeven de waarnemingen een vooralsnog plausibele verklaring geeft van de aardse werkelijkheid. Het geloven van de godaanbidder daarentegen staat volkomen los van waarnemingen. Het is een waarheid in zichzelf, een gesloten, onveranderlijke en niet te toetsen werkelijkheid. Natuurkundig ‘geloof’ en deïstisch geloof hebben net zoveel met elkaar gemeen als een (water)kraan en een (hijs)kraan.
Ergo: God bestaat niet in deze wereld
ReplyDeleteVolgens de kansrekening is het beter in God te geloven: als deze namelijk bestaat, is de winst voor de gelovige oneindig. Bestaat God niet, dan verliest men niets. Blaise Pasccal, Le pari.
Het ongekend grote succes van de Postcodeloterij van - hoe heet-ie ook alweer - die ex-priester laat zich aldus verklaren [1] en [2] ardente atheisten gokken dus nooit. Smiley.
Je gooit twee stellingen door elkaar. Namelijk:
ReplyDeleteeen atheist gelooft niet dat god bestaat
en
een atheist gelooft dat god niet bestaat.
Voor iemand die zich voordoet als liefhebber van de logica een doodzonde.
Meer reacties en antwoorden op GeenCommentaar waar de column ook verscheen.
ReplyDeleteOver welke God hebben jullie het? ,er zijn er vele,Satan is ook een god en heeft de macht hier op aarde gekregen van de Almachtige Vader tot de terugkomst van de Here Yashayah Ha Mashiach (echte en orginele Hebreeuwse naam van onze verlosser en redder).
ReplyDeleteDe echte naam van onze vader lezen we in exodus, namelijk ,ik ben wie ik ben..in het Hebreeuws:De Almachtige schepper Ehyeh Ashar Ehyeh.