Wat Jezus op een CDA-congres zou stemmen weten we niet, maar wat hij heeft gezegd wel. “Niet wat de mond ingaat maakt ons onrein, maar wat de mond uitgaat”. Piet Hein Donner besloot zijn 60 seconden spreektijd met Jezus volgens Mattheüs.
Donner behoorde tot één van de weinige sprekers die zich voorstander toonde van Rutte-1. Een van de weinigen ook die niet sprak over zijn diepgevoelde emoties of over segregatie en uitsluiting. Een verademing. Bovendien toonde hij over een flinke dosis zelffatsoen te beschikken door Matteüs’ Jezus niet verder te citeren. “...uit het hart komen boze gedachten, valse getuigenissen en laster”. Het ware zeer van toepassing geweest, luisterend naar de holhartige retoriek van de vele tegensprekers.
“Doe dit de mensen niet aan, doe dit de partij niet aan, doe dit het land niet aan”, zei Hirsch Ballin nadat hij vrijdag Wilders hangende zijn rechtszaak alvast schuldig verklaarde. Of Van Agt: “Het gaat mij zeer aan het hart dat ons CDA zich dreigt te verbinden aan de PVV”, omdat alles dat niet mordicus anti Israël is hem nu eenmaal zeer aan het hart gaat.
De ex animo van de dag komt echter op konto van Ab Klink. Tussen de export-elegieën en de hele en halve godwins door (Wilders, nein danke!), wist hij zijn medestanders in het hart te treffen met: “op mijn weg hiernaar toe zag ik een spandoek met de tekst: Wat zou Martin Luther King gestemd hebben? Ik weet zeker: hij was hier tegen geweest”. Een schoolvoorbeeld van ‘laat de doden de levenden onderwijzen’, met de kennis van nu.
Want waarom zou MLK zich aan de zijde van iemand als Dries van Agt willen scharen? Omdat de dominee van mening was dat: “anti-Zionist is inherently antisemitic, and ever will be so”? Of omdat hij als zwarte gelovige het verschil tussen ras en religie niet zou weten? Dat hij net als de Nieuw-Linkse geschiedenisbashers en betuttelracisten het onderscheid tussen mensen en mensen hun ideeën niet kon maken?
MLK streed nu juist tegen ongelijke rechten voor mensen met dezelfde ideeën. Tegen ongelijke spelregels voor mensen die binnen één en dezelfde samenleving hun geluk najaagden. Er is geen enkele aanwijzing dat dominee Martin Luther King, in tegenstelling tot deze CDA’ers, enige affiniteit zou hebben gehad met een NGO als Oxfam-Novib die bij wijze van proef een shari’a-rechtbank organiseerde. Om de voordelen van een pluriforme rechtsspraak te onderzoeken; om moslims en niet-moslims ongelijke rechten te bezorgen.
Laten we in godsnaam ophouden door de doden te spreken. Laten we in godsnaam ophouden de historie naar het heden te vormen. Het getuigt van argumentatieleegte en stromanfetisjisme. Jezus was geen Christen. Jezus wilde geen nieuwe kerk. Jezus heeft als historische persoon niets op een CDA-congres te zoeken. Net zomin als dominee King. De gevoelens van medemenselijkheid die door een nagedachtenis worden opgeroepen, dienen met hedendaagse argumenten te worden bekrachtigd en niet met geschiedvervalsing of necropsychologie.
Wie zich het lot van de Nederlandse moslims zegt aan te trekken – en dat was de enige reden voor dit congres, niet de economische agenda – die moet zich afvragen in hoeverre Nederland en de Nederlandse moslims belang hebben bij een islamitische zuil. De christenen hebben hun zuilen vijftig jaar geleden afgebroken, met behoud van het geloof. De moslims in Nederland hebben recht op eenzelfde individuele vrijheid. Dit Nederland is niet langer ingericht op zuilen; zuilen behoren de historie toe, net als de doden.