Persvrijheid is niets meer en niets minder dan de vrijheid van de pers om te schrijven wat haar goeddunkt. Het is een vrijheid die valt of staat met de vrijheid van meningsuiting. Is dit laatste er niet dan is er ook geen vrije pers en zal er geen ruimte zijn voor kritische berichtgeving. Echter, het begrip vrije pers is in tegenstelling tot wat veel Nederlanders goedsukkelend aannemen, niet hetzelfde als een objectieve pers.
Objectiviteit moet niet gezocht worden bij één persoon noch bij een groep personen die er 'hetzelfde over denkt'. Ieder nieuwskanaal is dan ook gekleurd: mijn krant zo goed als de uwe, mijn blog zo goed als deJoop. Maar in een land waar de vrijheid van meningsuiting bij wet is vastgesteld kan eenieder (behoudens zijn verantwoordelijkheid volgens de wet) besluiten die gekleurde kijk op zaken in de vorm van een blog, krant of nieuwszender te gieten om zo een breder publiek te informeren.
En in het verleden is dit ook steeds gebeurd. De katholieken hadden hun krant, net als de socialisten en de liberalen. Een buitenstaander die zich in die dagen van verzuiling een beeld had willen vormen van Nederland en haar veelheid aan overtuigingen, had hiervoor gewoon bij de krantenkiosk terecht gekund. De objectiviteit van het perslandschap als geheel werd gejustificeerd door de diversiteit van het aanbod.
Tegenwoordig is dat minder, en misschien zelfs in het geheel niet meer het geval. Want hoewel een aanzienlijk deel van de toenmalige kranten - al dan niet gefuseerd - nog steeds bestaat hebben ze hun oorspronkelijke signatuur verloren. Dat is op zich begrijpelijk want als je doelgroep zichzelf opheft dan moet je als krant toch zien te overleven. Evenwel is het jammer dat alle nieuwskanalen qua karakter een zeer sterke overeenkomst zijn gaan vertonen. Zozeer zelfs dat de buitenstaander van weleer vandaag de dag aan de kiosken geen representatief beeld van het Nederlandse opinielandschap meer kan krijgen.
Want wie de redactionele commentaren van toonaangevende kranten leest begrijpt niet dat de PVV zo'n opgang maakt. Wie de vluchtelingenreportages van het NOS-journaal bekijkt begrijpt niet dat onder de bevolking een fikse weerstand tegen hun opvang groeit. Wie de berichtgeving over de islam in Europa via de mainstream media volgt begrijpt niet dat een steeds grotere groep Europeanen de islam onverenigbaar acht met westerse normen en waarden. Wie de weermeisjes van het KNMI over klimaatverandering hoort spreken weet niet dat de academische wereld grote twijfels heeft over het wetenschappelijke gehalte van de IPCC protocollen. Juist op die punten waar onder de bevolking grote verdeeldheid bestaat - Europa, islam, immigratie, integratie en klimaat - is de berichtgeving in de media veel te uniform. Bovendien valt haar insteek goeddeels samen met die van de Europese politiek.
Marcel Gelauff, baas van NOS Nieuws, is zich naar eigen zeggen bewust van zijn semi-monopoliepositie en wil daarom 'objectief' berichten. Maar ook Gelauff heeft z'n geloof. En zijn geloof werd in de jaren '70 gevormd aan de Sociale Academie. Net als dat, mutatis mutandis, van het gros van de huidige politici en journalisten. Het zijn de broertjes, de zusjes en de kinderen van Rudi Dutschke. En dat staat niet garant voor een pluriform medialandschap noch voor democratische politiek. Deze de facto gelijkschakeling van pers en politiek laat een groot deel van het electoraat zonder stem. Het is één van de grootste frustraties bij de betrokken burgerij anno 2016, een frustratie die zich uit in steeds nadrukkelijkere bewoordingen en steeds heftiger daden.
Sunday, January 3, 2016
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment