"De zwakheid der werkelijke individualisten: zij heffen zichzelf op zodra ze zich organiseren" (E. du Perron). Het lijkt een semantisch grapje maar het is bittere ernst, de organisatiedrang onder individualisten is vrijwel nihil. Om die reden leggen zij het steevast af tegen de goed georganiseerde collectieven, die zonder uitzondering 'sociaal' van aard zijn. Met als resultaat: een permanente staat van socialisme.
De individualist is zelfredzaam, of vindt althans dat hij dat zou moeten zijn. Hij ziet dit als plicht jegens zichzelf en is van mening dat ook anderen die plicht hebben. Ondanks dit is hij bereid de mens-in-nood een helpende hand toe te steken, maar hij is tegenstander van het anoniem, structureel en institutioneel verlenen van deze hulp. En dat brengt hem in botsing met de sociaal-collectivisten.
De sociaal-collectivist is ervan overtuigd dat een grote groep mensen nooit in staat zal zijn naar behoren voor zichzelf te zorgen. Hij meent evenwel dat deze mensen eenzelfde individuele zelfstandigheid toekomt als de zelfredzame individualist. Om dat te bereiken vaardigt hij wetten uit die deze gelijkheid met intellectuele en financiële subsidies moeten bewerkstelligen - nu revoluties uit de mode zijn geraakt.
Deze wetten beogen een praktische nivellering door middel van financiële overdrachten tussen de zelfredzamen enerzijds en de (vermeend) on-zelfredzamen anderzijds. De overheid fungeert hierbij als anonieme koerier. Het initiatief voor deze wetgeving ligt steeds bij de sociaal-collectivist, en niet bij de individualist. In de praktijk zien we dan ook een hausse aan sociale wetgeving ten tijde van 'linkse coalities' en een baisse wanneer 'individualisten' de lakens uitdelen. Maar ook tijdens zo'n baisse blijven de eerder uitgevaardigde wetten bestaan. Sinds de AOW-wet van Drees uit 1947 is de sociale wetgeving in Nederland uitgegroeid van het vangnet dat ze aanvankelijk was, tot de kolossos van nu die 60% van de overheidsinkomsten verteert.
Het argument dat Nederland niet links is omdat er de afgelopen decennia tenminste evenveel rechtse als linkse kabinetten zijn geweest, is dan ook een kul-argument. De verzorgingsstaat is de afgelopen decennia opgebouwd onder links bewind, maar onder rechts bewind nooit afgebroken. Het resultaat is een socialistisch bouwwerk dat onaantastbaar is voor de ongeorganiseerde individualist en pas instort wanneer het onder zijn eigen gewicht bezwijkt.
Friday, January 29, 2016
Monday, January 25, 2016
O was ik maar een progressief
Wat benijd ik toch de mensen die onze wereld zo feilloos kunnen duiden. Die hun vinger op een wonde leggen en oorzaken probleemloos vaststellen. In hun schaduw voel ik mij een redeloze ploeteraar die vastloopt in details en allengs enkel nog boos kan worden. O was ik maar een progressief!
Ik zou inzien dat 'Keulen' het voorafgaand gevolg was van de racistische aandacht die volgde. Dat het hedendaags feminisme de vrouw bevrijdt door gekleurde mannen te beschermen en witte een historische piemel op te zetten. Ik zou beseffen dat Wilders het feminisme ondermijnt met zijn regressieve ideeën over zelfbescherming en onderwerping.
Ik zou invoelen dat klimaatverandering de grootste bedreiging voor de mensheid is. Dat het beter is híerin duizend miljard te investeren dan in ontwikkelingshulp. Dat warmte en CO2 de voedselproductie dan wel ten goede komen, maar de snel groeiende wereldbevolking hiermee niet gebaat is. Ik zou bewijzen dat het uitblijven van de opwarming deze hypothese niet afbreekt, maar juist versterkt.
Ik zou begrijpen hoe zes miljoen Joden op een voetbalveldje aan de Middellandse zee één miljard moslims aan de vooruitgang kunnen ontrukken. Dat Arabische misère en molest geen verband houden met de predikingen van een sektarisch en oorlogszuchtig profeet, maar met Joodse patenten en Nobelprijzen. Ik zou door het boycotten en labelen van Israëlische producten de raketten van Hamas aan de grond kunnen houden.
Het zou mij dagen waarom kritiek op het christendom een intellectuele exercitie is en islamkritiek een fobie. Het zou mij helder zijn waarom een half miljard gekleurde christenen hierdoor niet racistisch bejegend worden, maar moslims wel. Ik zou kunnen afleiden hoe Wilders' kritiek de criminaliteit onder deze mensen opstuwt en stageplekken transformeert tot gaskamers.
O was ik maar een progressief! Ik zou mij warmen aan de gloed van het collectief en delen in het bewustzijn van de groep. Ik zou het goede doen en het kwade bestrijden. Ik zou weten en ik zou voelen en in deze twee-eenheid zou ik mij verheffen. Maar eilaas, god sloeg mij met zelfstandig denken. Tot mijn dood zal ik aan de zijlijn staan, zal ik wikken en zal ik wegen om in het zweet mijns aanschijns mijn standpunten te bepalen. Het is een straf, maar ik zal haar met waardigheid dragen.
Ik zou inzien dat 'Keulen' het voorafgaand gevolg was van de racistische aandacht die volgde. Dat het hedendaags feminisme de vrouw bevrijdt door gekleurde mannen te beschermen en witte een historische piemel op te zetten. Ik zou beseffen dat Wilders het feminisme ondermijnt met zijn regressieve ideeën over zelfbescherming en onderwerping.
Ik zou invoelen dat klimaatverandering de grootste bedreiging voor de mensheid is. Dat het beter is híerin duizend miljard te investeren dan in ontwikkelingshulp. Dat warmte en CO2 de voedselproductie dan wel ten goede komen, maar de snel groeiende wereldbevolking hiermee niet gebaat is. Ik zou bewijzen dat het uitblijven van de opwarming deze hypothese niet afbreekt, maar juist versterkt.
Ik zou begrijpen hoe zes miljoen Joden op een voetbalveldje aan de Middellandse zee één miljard moslims aan de vooruitgang kunnen ontrukken. Dat Arabische misère en molest geen verband houden met de predikingen van een sektarisch en oorlogszuchtig profeet, maar met Joodse patenten en Nobelprijzen. Ik zou door het boycotten en labelen van Israëlische producten de raketten van Hamas aan de grond kunnen houden.
Het zou mij dagen waarom kritiek op het christendom een intellectuele exercitie is en islamkritiek een fobie. Het zou mij helder zijn waarom een half miljard gekleurde christenen hierdoor niet racistisch bejegend worden, maar moslims wel. Ik zou kunnen afleiden hoe Wilders' kritiek de criminaliteit onder deze mensen opstuwt en stageplekken transformeert tot gaskamers.
O was ik maar een progressief! Ik zou mij warmen aan de gloed van het collectief en delen in het bewustzijn van de groep. Ik zou het goede doen en het kwade bestrijden. Ik zou weten en ik zou voelen en in deze twee-eenheid zou ik mij verheffen. Maar eilaas, god sloeg mij met zelfstandig denken. Tot mijn dood zal ik aan de zijlijn staan, zal ik wikken en zal ik wegen om in het zweet mijns aanschijns mijn standpunten te bepalen. Het is een straf, maar ik zal haar met waardigheid dragen.
Monday, January 18, 2016
Angst en broederschap
Frans Timmermans bundelde eind vorig jaar een handvol tweets en overpeinzingen onder de titel 'Broederschap'. Samengevat: zoals een kind dat dapper balancerend op een hoge kademuur niet begrijpt dat de bezorgdheid bij zijn ouders reëel is, zo begrijpt Timmermans niet dat de Europese burger eenzelfde machteloze angst ervaart bij het optreden van de EU. Kleine Fransje klapt en springt, hij heeft immers alles onder controle?
Niets is onder controle, de financiën niet, de immigratie niet, de multiculturele samenleving niet. Sinds de economische unie (E.E.G.) werd vervangen door een solidariteits-unie (EU) is het met Europa bergafwaarts gegaan. Omdat het eerlijker moest, omdat het niet om cijfers maar om mensen ging, omdat geen mens illegaal was. De financiële en maatschappelijke crisis waarin we ons nu al jaren bevinden vereist een harde en zakelijke aanpak. Een aanpak waarbij de adviezen van boekhouders en van Snoeck Hurgronje leidend zijn.
Maar in plaats daarvan wil Timmermans meer solidariteit en meer broederschap. Terwijl om hem heen de bommen ontploffen, de kalasjnikovs ratelen en vrouwen aangerand worden door lieden die meer van de dood houden dan wij van het leven, richt hij zich in zijn pamflet tot 'de mensen van goede wil': "Ik denk dat wij als ouders en als samenleving onze taak hebben verwaarloosd om de jonge generatie op te voeden in burgerschap".
Het klinkt als een oncoloog die de gezonde cellen aanspoort het lichaam beter te maken en tegelijkertijd het afweermechanisme onderdrukt, omdat daar alleen maar koorts van komt. Wij, de burgers van Europa, hebben volgens dokter Frans en zijn EU-artsen een fobische angst voor allerhande ziekten, maar we moeten niet bang zijn. Want alles is onder controle, het is slechts inbeelding. De verschijnselen zijn het gevolg van een chronisch tekort aan solidariteit en dat is eenvoudig te verhelpen:
"Ik denk dat er veel redenen zijn om best bezorgd en bang te zijn. De vraag is alleen: moet je die angst vertalen in ‘dat komt door die en door dat’? " Inderdaad: niet benoemen, dat is de remedie. Dat heeft de afgelopen twintig jaar ook uitstekend gewerkt. Wanneer je de financiële builen en maatschappelijke zweren niet benoemt maar inzalft met broederschap dan gaan ze vanzelf weg. Ik vraag me af: zou dat ook werken met de EU? Als ik er niet meer aan denk en niet meer over schrijf, gaat ze dan vanzelf weg? Of werkt ze stug door aan haar eigen agenda?
Niets is onder controle, de financiën niet, de immigratie niet, de multiculturele samenleving niet. Sinds de economische unie (E.E.G.) werd vervangen door een solidariteits-unie (EU) is het met Europa bergafwaarts gegaan. Omdat het eerlijker moest, omdat het niet om cijfers maar om mensen ging, omdat geen mens illegaal was. De financiële en maatschappelijke crisis waarin we ons nu al jaren bevinden vereist een harde en zakelijke aanpak. Een aanpak waarbij de adviezen van boekhouders en van Snoeck Hurgronje leidend zijn.
Maar in plaats daarvan wil Timmermans meer solidariteit en meer broederschap. Terwijl om hem heen de bommen ontploffen, de kalasjnikovs ratelen en vrouwen aangerand worden door lieden die meer van de dood houden dan wij van het leven, richt hij zich in zijn pamflet tot 'de mensen van goede wil': "Ik denk dat wij als ouders en als samenleving onze taak hebben verwaarloosd om de jonge generatie op te voeden in burgerschap".
Het klinkt als een oncoloog die de gezonde cellen aanspoort het lichaam beter te maken en tegelijkertijd het afweermechanisme onderdrukt, omdat daar alleen maar koorts van komt. Wij, de burgers van Europa, hebben volgens dokter Frans en zijn EU-artsen een fobische angst voor allerhande ziekten, maar we moeten niet bang zijn. Want alles is onder controle, het is slechts inbeelding. De verschijnselen zijn het gevolg van een chronisch tekort aan solidariteit en dat is eenvoudig te verhelpen:
"Ik denk dat er veel redenen zijn om best bezorgd en bang te zijn. De vraag is alleen: moet je die angst vertalen in ‘dat komt door die en door dat’? " Inderdaad: niet benoemen, dat is de remedie. Dat heeft de afgelopen twintig jaar ook uitstekend gewerkt. Wanneer je de financiële builen en maatschappelijke zweren niet benoemt maar inzalft met broederschap dan gaan ze vanzelf weg. Ik vraag me af: zou dat ook werken met de EU? Als ik er niet meer aan denk en niet meer over schrijf, gaat ze dan vanzelf weg? Of werkt ze stug door aan haar eigen agenda?
Wednesday, January 6, 2016
De islamitische massamens
Ik ben geen liefhebber van menigten, ik ben geen massamens. Misschien is het daarom dat Gogol's beschrijving van de jaarmarkt in Sorotsjinsky mij is bijgebleven: "..waar het volk tot één enorm gedrocht is samengesmolten en met zijn lichaam over de pleinen en door de nauwe straten dringt". Vorig jaar ging er geen dag voorbij zónder dat we beelden zagen van dergelijke 'jaarmarkten', met 31 december in Keulen als triest dieptepunt.
Mijn afkeer geldt niet zozeer de massa op zich, alswel de massamens. De mens die zijn identiteit ontleent aan voorgedrukte ideeën en het als misdaad beschouwt er niet in te geloven. De mens die zich de meerdere acht vanwege deze ideeën en voor wie eigen belangen ondergeschikt zijn aan het groepsbelang. Deze mens bespeurt vijandschap in alles van buiten het collectief; hij zondert zich hiervan of of valt het aan. Evenmin schroomt hij om dissidente individuen uit eigen gelederen terecht te wijzen of zelfs uit de weg te ruimen.
De islam is mij daarom niet enkel vanwege haar leer antipathiek, het is met name de door haar gekweekte massamens die mijn weerzin wekt. Ongeacht of deze nu openlijk door de nauwe straten dringt of door de niet-aflatende berichtgeving over zijn ideeën, zijn handelen en zijn onvrede tot mij komt: ik ben mij bewust van de islamitische massamens. Ik verschil op dit punt sterk van mening met kennissen en vrienden die menen dat de islamitische massamens niet bestaat en dat de oemma een idee-fixe is.
In zoverre geef ik ze gelijk dat de oemma niet die aanspreekbare entiteit met erkende vertegenwoordigers is, zoals de r-k. kerk dat is. Maar ze bestaat wel degelijk. De oemma wordt in eerste instantie gevormd door de kleinst mogelijke eenheid: het gezin en de familiebanden. Binnen deze eenheid is het vrijwel onmogelijk als individu een levenshouding te adopteren die afwijkt van de islamitische groepsnorm. Verstoting en zelfs eerwraak zijn het gevolg, zoals het trieste verhaal van 'Elvira' op GeenStijl nog eens duidelijk maakt. De ex-moslim is in Europa dan ook een zeldzaam fenomeen.
Een niveau hoger in de oemma staat de moskee. Deze verenigt de gezinnen uit de buurt, bevestigt de leer aan de ouderen en onderwijst de jongsten op zondagsschool en zomerkamp in alles wat het regulier onderwijs verzuimde te leren. En waar nodig wordt het vreemd-geleerde gecorrigeerd. De moskeeën op hun beurt zijn verenigd in raden en koepels die - gescheiden naar etniciteit en leerstellige denominatie - worden gecontroleerd door de oelema; dit zijn de schriftgeleerden die uiteindelijk het laatste woord hebben. Zij zijn het ook die gastsprekers uitnodigen, meest uit verre streken en van westerse smetten vrij, om de moskeebezoekers te bevestigen in hun islamitische identiteit en isolement.
"Neemt de Joden en de Christenen niet tot vrienden" is in dit licht één van de vriendelijkere segregatiegeboden. Er zijn er meer, en samen met het afvalligheidsverbod dat tot op gezinsniveau wordt nageleefd, trekt het een muur op tussen onze westerse samenleving en de islamitische gemeenschap, een gemeenschap die ieder jaar groeit en met de dag geslotener en vijandiger wordt. Een deel van de moslims aanvaardt deze scheiding met tegenzin maar in stilte, een ander deel ervaart het isolement als een belegering door 'kruisvaarders' en wapent zich met verzen en kalasjnikovs.
Overal waar de moslimgemeenschap een bepaalde kritische massa bereikt sluit zij zich af, vervreemdt en wordt agressief jegens haar omgeving. Dat is het moment waarop de massamens zijn beweging sterk genoeg acht om zich te manifesteren. De afgelopen decennia hebben we in Europa kunnen ervaren waar de islamitische massamens voor staat en tevens dat zijn ideeën onverenigbaar zijn met onze cultuur: de westerse maatschappij kweekt individuen, de islam kweekt de massamens.
Mijn afkeer geldt niet zozeer de massa op zich, alswel de massamens. De mens die zijn identiteit ontleent aan voorgedrukte ideeën en het als misdaad beschouwt er niet in te geloven. De mens die zich de meerdere acht vanwege deze ideeën en voor wie eigen belangen ondergeschikt zijn aan het groepsbelang. Deze mens bespeurt vijandschap in alles van buiten het collectief; hij zondert zich hiervan of of valt het aan. Evenmin schroomt hij om dissidente individuen uit eigen gelederen terecht te wijzen of zelfs uit de weg te ruimen.
De islam is mij daarom niet enkel vanwege haar leer antipathiek, het is met name de door haar gekweekte massamens die mijn weerzin wekt. Ongeacht of deze nu openlijk door de nauwe straten dringt of door de niet-aflatende berichtgeving over zijn ideeën, zijn handelen en zijn onvrede tot mij komt: ik ben mij bewust van de islamitische massamens. Ik verschil op dit punt sterk van mening met kennissen en vrienden die menen dat de islamitische massamens niet bestaat en dat de oemma een idee-fixe is.
In zoverre geef ik ze gelijk dat de oemma niet die aanspreekbare entiteit met erkende vertegenwoordigers is, zoals de r-k. kerk dat is. Maar ze bestaat wel degelijk. De oemma wordt in eerste instantie gevormd door de kleinst mogelijke eenheid: het gezin en de familiebanden. Binnen deze eenheid is het vrijwel onmogelijk als individu een levenshouding te adopteren die afwijkt van de islamitische groepsnorm. Verstoting en zelfs eerwraak zijn het gevolg, zoals het trieste verhaal van 'Elvira' op GeenStijl nog eens duidelijk maakt. De ex-moslim is in Europa dan ook een zeldzaam fenomeen.
Een niveau hoger in de oemma staat de moskee. Deze verenigt de gezinnen uit de buurt, bevestigt de leer aan de ouderen en onderwijst de jongsten op zondagsschool en zomerkamp in alles wat het regulier onderwijs verzuimde te leren. En waar nodig wordt het vreemd-geleerde gecorrigeerd. De moskeeën op hun beurt zijn verenigd in raden en koepels die - gescheiden naar etniciteit en leerstellige denominatie - worden gecontroleerd door de oelema; dit zijn de schriftgeleerden die uiteindelijk het laatste woord hebben. Zij zijn het ook die gastsprekers uitnodigen, meest uit verre streken en van westerse smetten vrij, om de moskeebezoekers te bevestigen in hun islamitische identiteit en isolement.
"Neemt de Joden en de Christenen niet tot vrienden" is in dit licht één van de vriendelijkere segregatiegeboden. Er zijn er meer, en samen met het afvalligheidsverbod dat tot op gezinsniveau wordt nageleefd, trekt het een muur op tussen onze westerse samenleving en de islamitische gemeenschap, een gemeenschap die ieder jaar groeit en met de dag geslotener en vijandiger wordt. Een deel van de moslims aanvaardt deze scheiding met tegenzin maar in stilte, een ander deel ervaart het isolement als een belegering door 'kruisvaarders' en wapent zich met verzen en kalasjnikovs.
Overal waar de moslimgemeenschap een bepaalde kritische massa bereikt sluit zij zich af, vervreemdt en wordt agressief jegens haar omgeving. Dat is het moment waarop de massamens zijn beweging sterk genoeg acht om zich te manifesteren. De afgelopen decennia hebben we in Europa kunnen ervaren waar de islamitische massamens voor staat en tevens dat zijn ideeën onverenigbaar zijn met onze cultuur: de westerse maatschappij kweekt individuen, de islam kweekt de massamens.
Sunday, January 3, 2016
Ook Gelauff heeft z'n geloof
Persvrijheid is niets meer en niets minder dan de vrijheid van de pers om te schrijven wat haar goeddunkt. Het is een vrijheid die valt of staat met de vrijheid van meningsuiting. Is dit laatste er niet dan is er ook geen vrije pers en zal er geen ruimte zijn voor kritische berichtgeving. Echter, het begrip vrije pers is in tegenstelling tot wat veel Nederlanders goedsukkelend aannemen, niet hetzelfde als een objectieve pers.
Objectiviteit moet niet gezocht worden bij één persoon noch bij een groep personen die er 'hetzelfde over denkt'. Ieder nieuwskanaal is dan ook gekleurd: mijn krant zo goed als de uwe, mijn blog zo goed als deJoop. Maar in een land waar de vrijheid van meningsuiting bij wet is vastgesteld kan eenieder (behoudens zijn verantwoordelijkheid volgens de wet) besluiten die gekleurde kijk op zaken in de vorm van een blog, krant of nieuwszender te gieten om zo een breder publiek te informeren.
En in het verleden is dit ook steeds gebeurd. De katholieken hadden hun krant, net als de socialisten en de liberalen. Een buitenstaander die zich in die dagen van verzuiling een beeld had willen vormen van Nederland en haar veelheid aan overtuigingen, had hiervoor gewoon bij de krantenkiosk terecht gekund. De objectiviteit van het perslandschap als geheel werd gejustificeerd door de diversiteit van het aanbod.
Tegenwoordig is dat minder, en misschien zelfs in het geheel niet meer het geval. Want hoewel een aanzienlijk deel van de toenmalige kranten - al dan niet gefuseerd - nog steeds bestaat hebben ze hun oorspronkelijke signatuur verloren. Dat is op zich begrijpelijk want als je doelgroep zichzelf opheft dan moet je als krant toch zien te overleven. Evenwel is het jammer dat alle nieuwskanalen qua karakter een zeer sterke overeenkomst zijn gaan vertonen. Zozeer zelfs dat de buitenstaander van weleer vandaag de dag aan de kiosken geen representatief beeld van het Nederlandse opinielandschap meer kan krijgen.
Want wie de redactionele commentaren van toonaangevende kranten leest begrijpt niet dat de PVV zo'n opgang maakt. Wie de vluchtelingenreportages van het NOS-journaal bekijkt begrijpt niet dat onder de bevolking een fikse weerstand tegen hun opvang groeit. Wie de berichtgeving over de islam in Europa via de mainstream media volgt begrijpt niet dat een steeds grotere groep Europeanen de islam onverenigbaar acht met westerse normen en waarden. Wie de weermeisjes van het KNMI over klimaatverandering hoort spreken weet niet dat de academische wereld grote twijfels heeft over het wetenschappelijke gehalte van de IPCC protocollen. Juist op die punten waar onder de bevolking grote verdeeldheid bestaat - Europa, islam, immigratie, integratie en klimaat - is de berichtgeving in de media veel te uniform. Bovendien valt haar insteek goeddeels samen met die van de Europese politiek.
Marcel Gelauff, baas van NOS Nieuws, is zich naar eigen zeggen bewust van zijn semi-monopoliepositie en wil daarom 'objectief' berichten. Maar ook Gelauff heeft z'n geloof. En zijn geloof werd in de jaren '70 gevormd aan de Sociale Academie. Net als dat, mutatis mutandis, van het gros van de huidige politici en journalisten. Het zijn de broertjes, de zusjes en de kinderen van Rudi Dutschke. En dat staat niet garant voor een pluriform medialandschap noch voor democratische politiek. Deze de facto gelijkschakeling van pers en politiek laat een groot deel van het electoraat zonder stem. Het is één van de grootste frustraties bij de betrokken burgerij anno 2016, een frustratie die zich uit in steeds nadrukkelijkere bewoordingen en steeds heftiger daden.
Objectiviteit moet niet gezocht worden bij één persoon noch bij een groep personen die er 'hetzelfde over denkt'. Ieder nieuwskanaal is dan ook gekleurd: mijn krant zo goed als de uwe, mijn blog zo goed als deJoop. Maar in een land waar de vrijheid van meningsuiting bij wet is vastgesteld kan eenieder (behoudens zijn verantwoordelijkheid volgens de wet) besluiten die gekleurde kijk op zaken in de vorm van een blog, krant of nieuwszender te gieten om zo een breder publiek te informeren.
En in het verleden is dit ook steeds gebeurd. De katholieken hadden hun krant, net als de socialisten en de liberalen. Een buitenstaander die zich in die dagen van verzuiling een beeld had willen vormen van Nederland en haar veelheid aan overtuigingen, had hiervoor gewoon bij de krantenkiosk terecht gekund. De objectiviteit van het perslandschap als geheel werd gejustificeerd door de diversiteit van het aanbod.
Tegenwoordig is dat minder, en misschien zelfs in het geheel niet meer het geval. Want hoewel een aanzienlijk deel van de toenmalige kranten - al dan niet gefuseerd - nog steeds bestaat hebben ze hun oorspronkelijke signatuur verloren. Dat is op zich begrijpelijk want als je doelgroep zichzelf opheft dan moet je als krant toch zien te overleven. Evenwel is het jammer dat alle nieuwskanalen qua karakter een zeer sterke overeenkomst zijn gaan vertonen. Zozeer zelfs dat de buitenstaander van weleer vandaag de dag aan de kiosken geen representatief beeld van het Nederlandse opinielandschap meer kan krijgen.
Want wie de redactionele commentaren van toonaangevende kranten leest begrijpt niet dat de PVV zo'n opgang maakt. Wie de vluchtelingenreportages van het NOS-journaal bekijkt begrijpt niet dat onder de bevolking een fikse weerstand tegen hun opvang groeit. Wie de berichtgeving over de islam in Europa via de mainstream media volgt begrijpt niet dat een steeds grotere groep Europeanen de islam onverenigbaar acht met westerse normen en waarden. Wie de weermeisjes van het KNMI over klimaatverandering hoort spreken weet niet dat de academische wereld grote twijfels heeft over het wetenschappelijke gehalte van de IPCC protocollen. Juist op die punten waar onder de bevolking grote verdeeldheid bestaat - Europa, islam, immigratie, integratie en klimaat - is de berichtgeving in de media veel te uniform. Bovendien valt haar insteek goeddeels samen met die van de Europese politiek.
Marcel Gelauff, baas van NOS Nieuws, is zich naar eigen zeggen bewust van zijn semi-monopoliepositie en wil daarom 'objectief' berichten. Maar ook Gelauff heeft z'n geloof. En zijn geloof werd in de jaren '70 gevormd aan de Sociale Academie. Net als dat, mutatis mutandis, van het gros van de huidige politici en journalisten. Het zijn de broertjes, de zusjes en de kinderen van Rudi Dutschke. En dat staat niet garant voor een pluriform medialandschap noch voor democratische politiek. Deze de facto gelijkschakeling van pers en politiek laat een groot deel van het electoraat zonder stem. Het is één van de grootste frustraties bij de betrokken burgerij anno 2016, een frustratie die zich uit in steeds nadrukkelijkere bewoordingen en steeds heftiger daden.
Subscribe to:
Posts (Atom)